h

Opinie: stuntwerk van de coalitie

9 november 2011

Opinie: stuntwerk van de coalitie

Tijdens de begrotingbesprekingen vorige week in Provinciale Staten van Limburg werd door de coalitiegenoten CDA en VVD ingestemd met een voorstel van de PVV om vijf miljoen euro subsidie beschikbaar te stellen aan harmonieën, fanfares, schutterijen en zangkoren. Het geld is vooral bedoeld voor de aanschaf van nieuwe instrumenten, uniformen en de opleiding van nieuwe talenten.

Een opmerkelijk gulle gave aan de cultuursector of een electorale stunt? Het heeft er alle schijn van dat de politieke machthebbers in Provinciale Staten met deze offerande de goden binnen de traditionele cultuur gunstig willen stemmen.

Decennialang vormen deze verenigingen traditiegetrouw de groeibodem van de eigen achterban.Was het niet juist de PVV die af wilde van de cultuursubsidies of is er sprake van willekeur?
De bekommernis van de provincie voor de Limburgse volkscultuur lijkt ten koste te gaan van een groot deel van andere cultuurstromingen, zoals dans, literatuur, poëzie, beeldende kunst, popmuziek, theater, klassieke muziek en jazz.

Het zijn vooral deze onderdelen die door het kabinet onder de bezuinigingsguillotine worden gelegd. Zorgt deze bevoordeling van de traditionele cultuur bovendien niet voor tweespalt in de cultuursector?

Heeft de provincie wel voldoende oog voor de klappen die in de Limburgse cultuursector gaan vallen?

Naast professionele gezelschappen dreigen kunstvakopleidingen, zoals het conservatorium te verdwijnen, zal het LSO wellicht opgaan in een Brabants-Limburgs symfonieorkest en wordt het ambitieuze plan Maastricht Culturele Hoofdstad 2018 wel heel erg broos. Met fanfares, schutterijen en zangkoren alleen kun je die ambities wel vergeten.
Het machtsblok in de provincie heeft van meet af aan geroepen de bezuinigingen van het Rijk niet te compenseren.

Maar dat geldt dan vooral voor hoogwaardige kunst, bibliotheken, musea en andere cultuurprogramma’s die niet in het politieke straatje van het Limburgse gedooghuwelijk lijken te passen. Die mogen best verdwijnen als ze hun eigen broek niet kunnen ophouden, als ‘elitair’ worden betiteld of onvoldoende commercieel succesvol zijn. Riepen de coalitiepartijen voor de verkiezingen niet dat de rol van de provincie kleiner moest, dat men geen gemeentelijke taken moest overnemen? Het is opmerkelijk dat de provincie de rol van de gemeente overneemt als het om de traditionele muziek- en amateurverenigingen gaat. Het zijn de gemeenten die moeten zorgen voor hun verenigingen, leden en accommodaties. Is dit provinciale expansiedrift? Waarom wil de provincie de gemeentelijke bezuinigingen in dit geval wel compenseren? En waarom niet de met sluiting bedreigde bibliotheken redden of productiehuizen, zoals het Huis van Bourgondië in Maastricht?
Maken we Limburg met deze lukrake keuze aantrekkelijker voor jongeren of kenniswerkers? Maken we het vestigingsklimaat voor bedrijven hiermee interessanter dan dat van het Roergebied of de Randstad? Hebben jongeren en mensen van buiten de provincie niet juist meer behoefte aan een cultureel aanbod, dat veel breder is dan de Limburg kenmerkende volkscultuur?

Met deze keuzes lijkt de krimp ook in de cultuursector ongenadig snel te gaan.

Dit opinieartikel is geschreven door SP Statenlid Daan Prevoo en is vandaag verschenen in de Limburgse kranten.

U bent hier